Noaberschap. We kennen het allemaal. Maar hoe bouw je dat eigenlijk? Gaan we je uitleggen!
In Oost-Nederland is dit een gevleugeld begrip. Er wordt mee bedoeld dat je voor je buren zorgt en samen met je buren voor de omgeving.
Door op een unieke manier woningen vorm te geven en ze op een speelse manier in de vorm van een hofje te positioneren, kun je ervoor zorgen dat noaberschap vanzelfsprekend wordt.
In vroegere jaren ontstonden er in grote steden de welkbekende begijnhofjes. Hofjes waarin een bepaalde, soms kwetsbare doelgroepen samen gingen wonen en zo voor elkaar konden zorgen.
Tegenwoordig wordt deze vorm van wonen veel omarmd door 50-plussers die samen met anderen willen bouwen en wonen. De grote geschakelde of vrijstaande woning wordt verruild voor een hofwoning met alle voorzieningen op de begane grond. Bekende voorbeelden zijn het Noaberhof en het Knarrenhof.
Door een hof vorm te geven zorg je ervoor dat er sociale controle komt. Het geeft daardoor een gevoel van veiligheid. In de gezamenlijke binnentuin worden activiteiten ontplooid en wordt samen met de buren voor onderhoud gezorgd. Wil je privé zitten, dan is er nog altijd een achtertuin. Door op deze manier samen te wonen kun je ook voor elkaar zorgen. Een keer een boodschap meenemen voor de buurvrouw of als er iemand ziek is even een keer een wasje draaien. Alles kan. De woningen zijn duurzaam en kennen daardoor lage energielasten. Doordat het hele woonprogramma op de begane grond is, kun je lang in deze woning blijven wonen.